2.1.1.3. De medewerker beoogde met andere veranderingen akkoord te gaan, dan de werkgever beoogde
HomeDe medewerker beoogde met andere veranderingen akkoord te gaan, dan de werkgever beoogde
Bij arbeidsovereenkomsten is wilsovereenstemming vereist. Onenigheid over kernpunten behoudt de oude overeenkomst, terwijl minder bepalende punten aanvullend besproken kunnen worden. De impact van de wijziging bepaalt of er gedeeltelijke of geen overeenstemming is. Duidelijkheid over onderwerpen is cruciaal voor verdere aanpassing.
Voor het wijzigen van een arbeidsovereenkomst is nodig dat beide partijen hetzelfde willen overeenkomen (wilsovereenstemming). Dat geldt ook ingeval partijen een nieuwe arbeidsovereenkomst aangaan. Bij gebreke van wilsovereenstemming denken partijen een overeenkomst te sluiten, terwijl beiden er van uitgaan dat deze overeenkomst een andere inhoud heeft.
Het hangt van de omstandigheden af of er in het geheel geen overeenstemming is bereikt of dat er slechts gedeeltelijk geen overeenstemming is
Maakt het onderwerp waarover onenigheid bestaat de kern van de verandering uit, dan is de vorige arbeidsovereenkomst nog steeds van kracht en is er geen wijziging of nieuwe arbeidsovereenkomst overeengekomen. Dat geldt bijvoorbeeld wanneer partijen geen overeenstemming bereikten over de wijziging van de functie.
Is het onderwerp waarover partijen geen overeenstemming bereikten minder bepalend, dan moet hier mogelijk nog overeenstemming over bereikt worden. Dat doet zich bijvoorbeeld voor wanneer partijen geen overeenstemming bereikten over de arbeidstijden. Er is dan mogelijk over andere onderwerpen reeds overeenstemming bereikt, zoals over het veranderen van de functie, arbeidsplaats, etc. Onder omstandigheden kan het veranderen van bijvoorbeeld de arbeidstijden alles bepalend zijn, omdat wanneer hiermee niet akkoord gegaan wordt de verandering niet plaats kan vinden. In dat geval zal het uitgangspunt dienen te zijn dat er in het geheel geen overeenstemming is bereikt over de verandering.
Voorgaande betekend dat er nog overeenstemming bereikt moet worden over alle of bepaalde onderwerpen. Daarbij is hoofdstuk 2.1.1.1 of 2.1.1.2 van belang, wat wordt ingeleid in hoofdstuk 2.1.1. (2.1.1.).